Nota ‘Veren’ schuift urgente pont-problemen op lange baan

Onlangs publiceerde de Gemeente Amsterdam de Conceptnota Veren 2018. Doel is om op korte termijn de problemen met de overvolle ponten aan te pakken. ANGSAW vindt het een goede zaak dat de centrale stad de problematiek wil oplossen. De gemeentelijke nota roept echter wel vragen op.

Dat de overvolle ponten op de korte termijn om een noodoplossing vragen, daarover is iedereen het eens. Maar de inhoud van die oplossing staat open voor discussie. Net als de vraag wat eigenlijk precies de ‘korte termijn’ is. Om met dit laatste te beginnen. De nota definieert korte termijn als de periode tussen 2018 en 2025. Wat ANGSAW betreft is dat de middellange termijn. Er is veel voor te zeggen om juist de komende jaren (2015-2018) maatregelen te treffen die de verwachte groei van passagiers faciliteren. De problemen doen zich nu al voor en zullen ruim voor 2018 sterk zijn toegenomen.

De ‘aanname’ in de nota is dat “de verbindingen over water uitsluitend worden verzorgd door veren”. De reden van deze aanname wordt niet toegelicht. Wel wordt concreet gesproken over het uitbreiden met enkele nieuwe veerponten.

Ook hier rijst een vraag. Allereerst is op dit moment een andere gemeentelijke projectgroep, de Sprong over het IJ, aan het studeren op een diversiteit aan oplossingen voor de pontenproblematiek. Als er geëxperimenteerd kan worden met een kabelbaan als tijdelijke oplossing – een binnen de projectgroep veelbesproken alternatief – is dit een serieuze optie. Er zijn waarschijnlijk alternatieve tijdelijke oplossingen die goedkoper, effectiever en milieuvriendelijker zijn dan ponten. En minder storingsgevoelig, want in de nota rapporteert het GVB 74 ernstige storingen (pont die niet kan varen) in het laatste jaar. De club onder leiding van Maurits de Hoog, presenteert deze zomer haar bevindingen.

Als het om de lange termijn gaat wil men alle alternatieven openhouden, van bruggen tot en met tunnels. Ook de uitbreiding van het metronet (sluiten van de ringlijn via Noord) zou hierin meegenomen moeten worden.

De rekensommen in de nota zijn weinig logisch. Bij het berekenen van maximale capaciteit van een pontveer is nauwelijks rekening gehouden met de veranderende diversiteit van vervoermiddelen. De snelle toename van canta’s, bakfietsen, ligfietsen en niet te vergeten scooters met brede sturen. Verder wordt wel rekening gehouden met de toename van aantal inwoners van Noord, maar de groei van het aantal toeristen, hotelgasten, en bezoekers van culturele en recreatieve voorzieningen wordt veronachtzaamd. Juist die categorie zal op de ponten explosief groeien vanwege de opening van toeristische attracties op de IJ-oevers.

Evenmin wordt iets gezegd over de te verwachten groei van het fietsgebruik vergeleken met andere vervoersmiddelen. De ‘nieuwe Noorderling’ is vergeleken met de ‘oude Noorderling’ meer gericht op de stad en maakt daarbij meer gebruik van de fiets (en dus: de pont) dan van de bus. Daarom lijkt het hoogste groeiscenario waarschijnlijker dan het laagste.

Hoewel de Nota Veren zich dus vooral richt op de langere termijn, lijkt er toch haast bij te zijn. De bestuurscommissies moeten uiterlijk 17 juni 2015 advies uitbrengen. Een vreemde timing. Pas in het najaar zal in de gemeenteraad discussie gevoerd worden over de uitkomsten van de Sprong over het IJ-groep. Dat er snel een oplossing voor de capaciteitsproblemen moet komen is goed. Maar dan niet één die de lange-termijn-scenario’s klem zet, maar één die de urgente problemen in de komende drie jaar verbetert.

 

Jouw Amsterdam-Noord!